Nieuws

Doorbreken van patstellingen in de jeugdhulp nodig om verder te komen

In de jeugdhulp staan verschillende partijen soms voor lastige patstellingen die het transformatieproces waar de jeugdhulp voor staat (verminderen van uithuisplaatsingen van jongeren) belemmeren. Ook bij de verklarende analyse (een gezamenlijke analyse vooraf van de problemen van cliรซnten) speelt dit.
Een recent (peer-reviewed) artikel in het Journal of Social Intervention van Renate Werkman, Marjolanda Hendriksen en Ina Tilma belicht 2 situaties waarin patstellingen rond de verklarende analyse de vooruitgang vertragen.

๐Ÿญ:ย ๐—ฉ๐—ฒ๐—ฟ๐˜€๐—ฐ๐—ต๐—ถ๐—น๐—น๐—ฒ๐—ป๐—ฑ๐—ฒ ๐—ฏ๐—ฒ๐˜๐—ฟ๐—ผ๐—ธ๐—ธ๐—ฒ๐—ป๐—ฒ๐—ป ๐—ฏ๐—ถ๐—ท ๐—ฑ๐—ฒ ๐˜ƒ๐—ฒ๐—ฟ๐—ธ๐—น๐—ฎ๐—ฟ๐—ฒ๐—ป๐—ฑ๐—ฒ ๐—ฎ๐—ป๐—ฎ๐—น๐˜†๐˜€๐—ฒ
De diverse organisaties in de jeugdhulp hebben eigen taken. Sommige professionals houden zich vooral bezig met situatieanalyses, anderen met ontwikkelvragen, veiligheid of armoedeproblematiek. Professionals die aan het einde van het proces worden ingeschakeld, krijgen vaak het gevoel dat het al te laat is. Het inzetten van zware (en dus duurdere) hulp lijkt voor deze professionals dan soms onvermijdelijk, maar wordt onwenselijk gevonden. Zij willen eerder meekijken, in de analyse.
Professionals vooraan in het proces ervaren weinig vertrouwen en krijgen het gevoel dat hun werk (de analyse) wordt over gedaan. Ze krijgen slechts beperkt de tijd om een goede analyse te maken en vrezen dat dat nog moeilijker wordt als er meer professionals betrokken worden. Cliรซnten menen dat de analyse samen met de cliรซnt of het cliรซntgezin gesteld moet worden en in de vertrouwelijke relatie met de casusregisseur. Zij krijgen het gevoel dat er nu veel professionals betrokken worden; is er ook nog aandacht voor hun privacy?

๐Ÿฎ: ๐—ฉ๐—ฒ๐—ฟ๐˜€๐—ฐ๐—ต๐—ถ๐—น๐—น๐—ฒ๐—ป๐—ฑ๐—ฒ ๐—ถ๐—ป๐˜€๐˜๐—ฟ๐˜‚๐—บ๐—ฒ๐—ป๐˜๐—ฒ๐—ป ๐˜ƒ๐—ผ๐—ผ๐—ฟ ๐˜ƒ๐—ฒ๐—ฟ๐—ธ๐—น๐—ฎ๐—ฟ๐—ฒ๐—ป๐—ฑ๐—ฒ ๐—ฎ๐—ป๐—ฎ๐—น๐˜†๐˜€๐—ฒ
Elke jeugdhulporganisatie werkt met eigen analyse-instrumenten. Deze zijn vaak niet (goed) op elkaar afgestemd. Welk perspectief is dan doorslaggevend? Daarover ontstaan verschillen van inzicht. Ook voor cliรซnten is dit verwarrend omdat het wijzigingen in de hulp meebrengt. Steeds meer professionals pleiten daarom voor รฉรฉn gezamenlijke verklarende analyse. Vanuit lokaal beleid wordt het echter belangrijk gevonden om ruimte te laten voor lokale instrumenten.ย 

๐—ข๐—ฝ๐—น๐—ผ๐˜€๐˜€๐—ถ๐—ป๐—ด๐˜€๐—ฟ๐—ถ๐—ฐ๐—ต๐˜๐—ถ๐—ป๐—ด: ๐—ฉ๐—ฒ๐—ฟ๐—ฏ๐—ถ๐—ป๐—ฑ๐—ถ๐—ป๐—ด ๐—ฑ๐—ผ๐—ผ๐—ฟ ๐—ด๐—ฒ๐˜‡๐—ฎ๐—บ๐—ฒ๐—ป๐—น๐—ถ๐—ท๐—ธ๐—ฒ ๐—น๐—ฒ๐—ฒ๐—ฟ๐—ฝ๐—ฟ๐—ผ๐—ฐ๐—ฒ๐˜€๐˜€๐—ฒ๐—ป
Het artikel stelt dat het doorbreken van dergelijke patstellingen alleen lukt door een gezamenlijk leerproces van alle betrokken partijen (professionals, cliรซnten, beleid). Iedereen heeft natuurlijk goede redenen om โ€˜te vinden wat ze vindenโ€™. Door deze motieven te delen, de verschillen te bespreken en te verkennen waarom men niet mee kon gaan in de argumenten van de ander, kan gewerkt worden aan een oplossingsrichting.